Diabetes wordt vaak onderverdeeld in type 1 en type 2. Type 1 diabetes ontstaat meestal bij kinderen of jongvolwassenen en treft ongeveer 10% van alle personen met diabetes. Bij type 1 diabetes valt het eigen afweersysteem de bètacellen van de alvleesklier (pancreas) aan en vernietigt ze. We noemen deze vorm van diabetes daarom ook een auto-immuun ziekte.
Het menselijk lichaam maakt daardoor geen of onvoldoende insuline aan. Omdat het lichaam niet of onvoldoende insuline aanmaakt is het noodzakelijk dat de patient vanaf de diagnose levenslang insuline spuit. Deze aandoening ontstaat meestal op jonge leeftijd (kinderen) en bij jonge volwassenen (jonger dan 40 jaar), hoewel ook op oudere leeftijd nog type 1 diabetes kan ontstaan. Van alle personen met diabetes wordt minder dan 10% getroffen door type 1.
Bij deze soort van suikerziekte zijn de bètacellen van de eilandjes van Langerhans in de alvleesklier grotendeels vernietigd. Daardoor is de werking sterk verminderd en wordt er niet of nauwelijks insuline aangemaakt.
Symptomen Diabetes type 1
Kinderen en jonge volwassen met diabetes type 1 die nog niet gediagnosticeerd zijn door een arts, voelen zich vaak niet fit en erg ziek. Ze lopen al langere tijd met klachten die niet altijd even duidelijk zijn. Achteraf gezien zijn een hoop van deze symptomen verklaarbaar.
Wanneer iemand bijvoorbeeld ‘de kraan wil leegdrinken‘ is dit achteraf gezien een signaal dat er iets aan de hand is. Constant dorst hebben is zeker iets waar je goed op moet letten.
Mocht je vermoeden dat je suikerziekte type 1 hebt dan is het verstandig om tijdig naar de (huis)arts te gaan.
Want zonder behandeling blijven er veel te veel suikers in het bloed zitten waardoor de glucosespiegel stijgt.